Most ligt aan de Tjechische zuidkant van het Ertsgebergte en in de westelijke helft van de Bohemen. In de stad staan nog stille getuigen van haar communistisch verleden (overblijfselen van een verouderde mijnbouwindustrie en monotone flatgebouwen, typerend voor het voormalige Oostblok). Ter voorbereiding was Tinne met Adisha en haar grooms reeds enkele dagen eerder naar Tjechië afgezakt om het terrein ter plaatse te verkennen, samen met de rest van de nationale ploeg.
Zaterdag ll. was het dan zover. Om 6.30uur werd het startsein op het hippodroom van Most gegeven waarna in het schemerlicht en met een enthousiast juichend publiek de deelnemers in groep startten. Zoals gebrieft door de ‘chef d’équipe‘ bleven onze Belgen samen maar lag het tempo vrij hoog. Dit was immers geen gewone CEI maar het Europees kampioenschap waar ons land kansen had. Er zou dus geknokt worden.
Het laatste groompunt op de eerste lus (31km lang) lag op 22km en werd na 50 minuten door de eerste ruiters (uit de Emiraten) bereikt. Na deze eerste lus kwamen de Belgen licht versnipperd binnen en boden ze zich vrij snel aan. Tijdens de twee ronde (25km) werd de snelheid opgetrokken en kwam Tinne als tweede Belg binnen. De recuperatie verliep vlotter en de kansen van ons team namen toe. ‘The Belgians on second place’ klonk het over de groomarea.. De derde lus (35km) werd echter andere koek. Deze bevatte enkele uit de kluiten gewassen hellingen die veel van de paarden vroegen. Dit zou het scharnierpunt worden in de wedstrijd. De paarden hadden bij aankomst meer recuperatietijd nodig om te zich aan te bieden en onze meest ervaren deelnemer, Pietro di Geronimo met zijn veteraan Mengali, werd uitgesloten op beweging. Mengali had in de eerste lus tijdens het verlaten van de hippodroom een trap gekregen wat zich nu wreekte. Het aantal uitsluitingen bij de andere ploegen nam ook toe maar we behielden onze virtuele podiumplaats. Tijdens de vierde lus (31km) werd het duidelijk wat de vorige lus aan energie gekost had. Twee combinaties waaronder onze Tinne werden metabool afgekeurd. Maritza met haar ruin Bidjanne, die op het einde van de derde lus nog derde Europese stond, gaf op. De vierde resterende Belg kwam een uur later binnen en werd ook afgekeurd. Over en out voor het nationaal team, dit met nog slechts twee korte (19km) vlakke lusjes te gaan.
De inzet op dit EK was alles of niets. Het werd dus niets. Een ontgoocheling na het zilver voor onze juniors op het WK te Tarbes (FRA) want ook hier hadden we kansen. Dit deed wat denken aan WEG 2006 in Aachen waar het Belgisch team ook met kansen vertrok maar letterlijk en figuurlijk uitregende na een (te) snelle start. Speed is a killer, altijd geweest en zal het altijd zijn.
Na dergelijk evenement is een evaluatie en analyse op zijn plaats. Wat ging goed, wat liep fout. Positief is alvast dat onze VLAR-combinatie haar mannetje stond want Tinne en Adisha stonden na de tweede lus al op de 20ste Europese plaats. Ook was Adisha tijdens de nakeuring volledig hersteld en maakte ze dit haar baasje Frank duidelijk met een goeie kopstoot. Een bevestiging dat de selectie van Adisha terecht was en ze een bijdrage leverde aan het nationale team. Ook haalden we als club internationale ervaring binnen die kan tellen. Tinne beloofde al om
deze tijdens een VLAR-clinic met de club te delen in het voorjaar van 2014.
Van de 92 ingeschreven combinaties konden er slechts 34 (of 37%) de eindmeet met een groene kaart bereiken. Een ware afvallingswedstrijd dus. Door deze hoge uitvallingsgraad konden uiteindelijk slechts drie landen zich kwalificeren voor de teamrangschikking met minstens drie geslaagde combinaties. Net genoeg om het EK podium te vullen. Frankrijk verdedigde zijn kampioenstitel en kreeg goud, zilver ging naar Spanje (waaronder Europees individuele winnaar Jaume Punti) en brons was voor Italië. Individueel globale winnaar was Rashid Dalmook Al Maktoum (VAE), de oudste van de 22 kinderen van Sheikh Mohammed bin Rashid Al Maktoum; d.i. de emir van Dubai, president van de VAE en echtgenoot van o.a. FEI-voorzitster prinses Haya. Hij reed dit parcours aan een gemiddelde snelheid van 21.7kpu met de laatste lus aan 26.8kpu. Recuperatietijden lagen tussen de 42 seconden en 1 minuut 47’ waarbij het toch +30 seconden snelwandelen was van de finish tot de vet-in. Daar kan zelfs onze David niet aan tippen. Na de wedstrijd vertrok het koninklijk gezelschap in hun twee helikopters en gaf hun groomteam de sleutels van de gehuurde vloot witte Landcruisers en Amaroks met gekostumeerde chauffeurs weer af.
Onze Tinne was de eerste amazone die de VLP vertegenwoordigde in het nationaal team. De eerste kan je uiteraard maar één keer zijn en deze eer heeft Tinne niet beschaamd. Integendeel, ze heeft ze hard verdedigd. Hopelijk is dit de aanzet tot meer VLP-vertegenwoordiging in de nationale selectie want het noorden van het land heeft het voorbije jaar bewezen dat het potentieel heeft. Bij onze Nederlandse vrienden kon het team zich ook niet kwalificeren maar haalden twee combinaties wel de eindmeet, nl. Marijke Visser als 12de (en 8ste Europese) en veterane Jannet Van Wijk als 28ste (23ste.Europese). Proficiat aan onze Noorderburen.
Jan Deprez
Voor de persoonlijke touch laten we Tinne zelf even aan het woord daar ze dit EK vanuit het zadel beleefde
:
Geld maakt macht - dat was weer duidelijk te zien in Most. Met de deelname van de Emiraten, Bahrein en Oman
wist ik al op voorhand dat het een snelle koers ging worden en dan weet je : het is erop of eronder.
Hier heb je maanden voor gewerkt en de voorbereiding was goed verlopen. Bij de start wilden we ergens in het midden starten, maar werden al gauw meegetrokken naar voren. Het tempo lag vrij hoog, maar het parcours was duidelijk en de ondergrond was prima.Toch was het constant opletten geblazen met kleine niveauverschillen, betonnen platen op de grond, glas hier en daar langs de kanten van de weg.
Toen de 2 eerste lussen zo snel verreden waren, begonnen we aan onze 3de lus, die niet alleen de langste was maar dan ook de zwaarste. Hier hadden de paarden serieus wat klimwerk, zelfs in die mate dat ik mijn armen rond Adisha haar hals moest doen. Helaas voelde ik al in de 4de lus dat we het parcours serieus onderschat hadden en de meeste ruiters zijn dan ook uitgevallen na deze ronde.
Amper een uurtje na onze uitsluiting was Adisha weer fris en monter, voor mij een duidelijk bewijs dat er zeker meer in zat.
Ik wil langs deze weg mijn trouwe groomteam bedanken evenals alle anderen van het Belgische team. Ook wil ik DN trailers bedanken voor het gebruik van hun trailer, alsook mijn werkgever Lamicell, Herman van Country Mill voor de goede service die hij ons reeds jaren biedt en uiteraard mijn ruiterclub VLAR voor alle steun. Tenslotte was mijn deelname ook niet mogelijk zonder de zorgen van onze dierenarts Devos en hoefsmid Werner Provoost.
We hebben een super week beleefd !